Algemene regels voor de omgang met uw hond
- Wees steeds consequent in uw gedrag naar de hond. Dus niet de ene keer wel en dan weer niet toelaten dat de hond op de bank gaat liggen.
- Blijf kalm en geduldig in de omgang met uw hond. U dient zelfverzekerd over te komen en geen aarzelend gedrag te vertonen (zeker niet bij agressieve honden).
- Gebruik uw stem op de juiste wijze; dwz beloning, commando en correcties zijn duidelijk van elkaar te onderscheiden. Dit betekent bij een correctie een ‘lage’, barse stem gebruiken/ bij een commando een ‘neutrale’, heldere stem/ en bij een beloning een ‘hoge’, vriendelijke stem gebruiken.
- Geef uw hond alleen commando’s in situaties waarbij u wéét dat ze opgevolgd worden (geen afleiding door bv andere honden). Een eenmaal opgegeven commando dient dan ook uitgevoerd te worden. Voert uw hond het commando na 1 keer zeggen niet uit, herhaal het dan en ‘help’ uw hond bij het opvolgen van het commando. Blijf dus commando’s niet eindeloos herhalen, en ga zéker niet schreeuwen. Vergeet niet om uw hond te belonen (met stem, een aai, spel en/of voer) voor een juist uitgevoerd commando. Let erop dat u het commando ook weer opheft door de hond bv “vrij” te geven.
- Corrigeer ongewenst gedrag op het moment dat het uitgevoerd wordt of meteen erna (binnen een halve seconde), door de hond stevig over de snuit te pakken en/of met ‘dreigende’/harde stem bv “houdt daarmee op!” te roepen. Zorg ervoor dat een correctie duidelijk effect heeft! Na de correctie de hond een aantal commando’s uit laten voeren en alleen met stem belonen (‘goed maken’).
- Beter is het te voorkomen dat de hond ongewenst gedrag gaat uitvoeren, door met ‘dreigende’, harde stem “Nee!” te roepen. Stopt de hond met het ongewenste gedrag? Dan de hond kort met de stem belonen en hem een ander, niet verenigbaar gedrag laten uitvoeren (afleiden). Gaat de hond tóch door met het ongewenste gedrag? Dan overgaan tot het geven van een correctie (zie boven).
Gewenst gedrag belonen geeft meer resultaat dan ongewenst gedrag (steeds) corrigeren!
- Geef de hond een eigen plaats (mand of deken) op een rustige plek. Corrigeer de hond nooit als de hond op zijn plaats ligt. Stuur de hond ook niet voor straf naar zijn mand. De hond moet zijn plaats als een rustige, veilige plek beschouwen en niét als strafplaats!
Laat uw hond NOOIT alleen met (kleine) kinderen!